1
Het transcendentale bijzettafeltje helt vervaarlijk.
De bus vervoert dansende orang-oetans.
Maar de stuurman lacht ein Volk, ein Reich, ein Nebelscheinwerfer om.
Deze langspeel gaat over onder zijn matras.
Waar padden hophoppen op een rode oto en
bedorven trostomaatjes zwemmen naar de overkant.
Dit sonnet wil maar niet klaar komen.
Toch boert de boer zijn hooivork uit.
En wentelend rent een hond de broeikas in.
Zeven zonnebloempitten zweven naar de hemel, jawel!
Pardoes zeilt de boot de oppervlakte onder.
2023 · 6.8.2024
2
de verroeste emmer raakt vervuld van leegte en
de putdeksel opent om de stormende thee
naar de mond te praten maar
verlichting maakt het duister zichtbaar
een wieldop sprint een atleet voorbij
de maan een kaas met gaten waar
Satori in de afgrond loopt en de bode vraagt om
een kaakje gedoopt in de naam van de moeder
en de vader spaken rond het gat centreert
daar zijn yin en yang nabij
en verwart de panda zijn neus in andermans
2024 · 14.8.2024
3
wanneer het dode tij voorbij is danst zij de flikflak terwijl
een zangeres haar handen heft en de vleugel zwijgt
krijst de paradijsvogel een lied in de nacht
voor de dove Beethoven tot leven want
de muze is niet gevonden na het da capo
en de tijd stilt niet na het al fine
zodat het water weer in de kraan stijgt
wanneer de zee geen golven meer heeft
dan zal de wereld weten dat de klok smelt
zodra een danseres in een schelp
de zon hoort ondergaan
2025 · 21.8.2024
4
gelukkig kan water koken anders
fluit de fluit voor niets
aan de ketel
gelukkig kan wind waaien anders
bewegen bomen voor niets
als een dans
in een vacuüm waar toch iets
uit niets ontstaat
gelukkig kan hij liefhebben anders
pompt zijn hart voor niets
in koelen bloede
2029 · 25.8.2024
5
hij heeft een vrolijke noot totdat
de stemming zweeft in de hoop
dat Zimmermann een nachtlied
zal laten klinken als vallend
water langs muren met oren
gespitst en zwijgende ogen
door het duister van wat ooit
was en nooit meer zal
zij zich blind turen op
de afgrond van
de laatste
2032 · 31.8.2024
6
ziet hoe in het oneindige rimpelende
rafelende niets de ochtend ontwaakt
in de ogen van een demon
afgevinkt op de zevende dag zag zij
dat de vrucht van goed en kwaad
scheep was gegaan met een oude man
naar daar waar water schaterend
de middagzon het schone goede ware
laat ondergaan in de vallende
nacht van de herinnering aan
hoor hoe in het oneindige rimpelende
rafelende niets de ochtend ontwaakt
2034 · 3.9.2024